Om te leren lezen is het belangrijk dat kinderen leren welke klanken bij de letters horen (de klank-tekenkoppelingen).
Daarna leren kinderen korte woorden lezen. Kinderen leren hoe ze twee of drie letters samen kunnen combineren tot een woord.
Het gaat om woorden met een klinker en één of twee medeklinkers, zoals: ik, vis, kam, jas, enz.
Kinderen
oefenen door steeds meer letters en lettercombinaties te koppelen aan
klanken, zoals: kam, ham, lam, enz. op deze wijze leren kinderen steeds
meer nieuwe woorden lezen.
Vervolgens leren kinderen ook langere woorden lezen.